Griekenland bleek het EU-land te zijn dat het meest te lijden had onder de wereldwijde financiële crisis - het BBP-tekort van deze staat was begin 2012 bijna drie keer hoger dan de normen die zijn toegestaan voor leden van de vakbond. Daarom is het niet verwonderlijk dat in de persberichten begonnen te verschijnen over de verkoop van de eilanden die bij dit land horen.
In 2008 wendde de regering van deze eilandstaat zich tot het ministerie van Financiën van de eurozone en medio 2012 had de economie van het land al vijf tranches aan contante injecties ontvangen van in totaal enkele honderden miljarden euro's. In ruil voor financiële steun moest Griekenland echter zijn economisch beleid hervormen, en de regering ontwikkelde zeer bezuinigingsmaatregelen, evenals gedeeltelijke privatisering van staatseigendom. De vooruitzichten voor privatisering werden besproken in een interview met de premier van het land, Antonis Samaras, aan de Franse krant Le Monde.
Volgens journalisten kondigde de regeringsleider de mogelijkheid aan om enkele onbewoonde eilanden aan particulieren te verkopen. Enkele dagen na de verspreiding van deze informatie door verschillende instanties verscheen echter een speciale uitleg van de persdienst van de Griekse regering. Het bevatte een woordelijke toespraak van de minister-president, waaruit volgens de persdienst volgt dat het helemaal niet ging over de verkoop van de eilanden. Samaras zei dat er inspanningen moeten worden geleverd om dit ongebruikte gebied om te zetten in kapitaal, wat door de Fransen verkeerd werd begrepen. Maar in feite ging het om erfpacht, leasing of gemengd publiek-privaat eigendom, waarbij de eilanden in staatseigendom blijven.
Daarnaast zei Samaras in een interview dat er tussen de meer dan tweeduizend Griekse eilanden geen privé-eilanden zijn. De pers meldt echter regelmatig dat met het uitbreken van de financiële crisis, die uitgroeide tot een politieke en sociale crisis, particuliere eigenaren gedurende lange tijd individuele eilanden begonnen te verkopen of te verhuren. Het ging met name om de eilanden Patroklos, Skorpios en Oksia, waar de eigenaren voor bedragen van 5 tot 100 miljoen euro vanaf wilden.